Het waterpas zetten van de caravan is het begin van een comfortabele vakantie op de camping. In een paar stappen leggen we uit wat je wel en wat je vooral niet moet doen als je je caravan waterpas gaat zetten.

Verkennen

Op een heuvelachtig terrein is het goed om van te voren je plaatsje te bekijken. Wat is het meest vlakke plekje om de caravan neer te zetten? Kijk nauwkeurig, zelfs het kleinste kuiltje of hobbeltje kan al het verschil maken.

Controleren

Met een eenvoudige waterpas of een app zoals van SMART-trailer controleer je hoe de caravan staat. Dan weet je gelijk aan welke kant de caravan omhoog moet.

Over de breedte

Je begint met het waterpas zetten over de breedte-as van de caravan. Je gebruikt daarvoor niet de stabilisatiesteunen van de caravan, die zijn daarvoor niet stevig genoeg. Je hebt extra attributen nodig, zoals oprijwiggen, een leveller of een potkrik met assteunen. Een stapeltje simpele plankjes kan ook nuttig zijn, maar houdt er rekening met dat de levensduur beperkt is. Je kunt het beste de caravan aan de linkerkant omhoog zetten. Doe je het aan de tentzijde dan kan het zijn dat de instap in de deur flink hoger wordt en dat de voortent niet meer goed aansluit aan de grond.

Over de lengte

Staat de caravan in de breedte goed, dan is het waterpas zetten over de lengte-as een fluitje van een cent. Je doet dat door het neuswiel in- of uit te draaien.

Stabiliseren

Pas als de caravan helemaal waterpas staat draai je de stabilisatiesteunen uit. Sta je langer op één plek dan is het zinvol om de steunen af et toe te controleren. Door lopen in de caravan en ‘werking’ van de grond kunnen de pootjes losser komen te staan.

Bron: ANWB